maandag 15 december 2014

EEN SCALA VAN HULPMIDDELEN



EEN SCALA VAN HULPMIDDELEN

Een jaar of drie geleden begon het eigenlijk met heel eenvoudige kleine hulpmiddelen. Het leek me wel handig om de veters van mijn schoenen niet meer te hoeven vast knopen, want dat ging toen moeizaam, dus zorgde Jeroen voor elastische veters. Vervolgens ontdekte ik,  dat ik nogal moest prutsen om de knopen van mijn overhemd dicht te maken,  maar daarvoor had Jeroen ook een perfecte oplossing : de knopen –door –het –knoopsgat-trekker. Dat werkte uitstekend, tot ik merkte, dat ik het shirt ook over mijn hoofd kon aan trekken en de knoopjes gewoon kon laten zitten. Vanaf dat moment mocht Wies na het strijken de knopen vastmaken. Bij het rijtje hulpstukken voegde zich al gauw de schoenlepel en een paar tangetjes om  met de sleutel de deur open en dicht te kunnen doen. Ook kreeg ik van iemand een instrumentje om een balpen beter te kunnen vasthouden.
Enige tijd later kocht ik mijn eerste paar instap schoenen, waardoor de elastische veters overbodig werden. De schoenlepel werd belangrijker, want anders werd het ondoenlijk om de schoenen aan te doen.   Om de ritssluiting van jas en gulp beter te kunnen open – en dicht doen kocht Wies bijzonder handige ringetjes en ze maakte ze vast aan de trekkers van broeken en jassen. Ideaal, want nu had ik daarvoor geen hulp meer nodig. Voor de gulp had ik er meerdere jaren profijt van tot onlangs de uritip zijn intrede deed . Toen kwamen we ergens een beker met twee grote oren tegen, fel rood gekleurd, genaamd domoor.  Ik kon met die beker iets handiger drinken,  zonder morsen. Toch bleken eenvoudige rietjes nog betere hulpmiddelen. Dat gebruik ik nu dagelijks voor koffie, melk, en zelfs voor wijn. De domoor komt meestal pas te voorschijn als Wies soep in de aanbieding heeft .
Een belangrijk hulpmiddel, dat ons door de ergotherapeut werd aangereikt is de telvinger,  een rubber hoedje, dat over mijn wijsvinger gaat.  Door mij geliefd vanwege zijn eenvoud. Ik kan er een pagina van een boek mee omslaan en de kranten pagina. Een half jaar geleden volgde meer ingewikkelde apparatuur : de armondersteuner ,  die bij het eten thans onontbeerlijk is om mijn arm omhoog te tillen en vork of lepel naar mijn mond te brengen. Sinds kort beschik ik over twee hulpmiddelen voor de computer, namelijk een woord voorspeller en een schermtoetsenbord. Weliswaar gaat schrijven een stuk langzamer dan vroeger,  maar zoals uit deze tekst blijkt, het gaat!!
Onlangs kreeg ik een looporthese,  ook wel brace genoemd,  om met iets meer stabiliteit te kunnen lopen. Daardoor werd de veterschoen, die al Jaren op zolder stond,  weer van stal gehaald  en tenslotte staat er nu een luxe driewielfiets ter beschikking in de schuur plus een rolstoel en een rollator.  De rollator neem ik mee als ik naar theater of museum ga, de rolstoel als vrienden of familie mij willen voortrollen. De driewielfiets is heerlijk om,  bij redelijk weer rond de omgeving van ons dorp te fietsen.  De meeste hulp krijg ik echter van mijn  echtgenote en van familie en  vrienden, die altijd klaar staan om me te helpen.  
Steef  15-12-2014

NOTARISAPPEL



NOTARISAPPEL.
Het moet ergens in 2006 of 2007 geweest zijn. Ik was toen bestuurslid van Groei en Bloei,  een vereniging van tuinliefhebbers in Nijmegen en omstreken.  In tegenstelling tot de meeste leden wist ik niet veel van planten,  kende ook zelden de planten namen en al helemaal niet in het Latijn, maar ik kon wel een bijdrage leveren in het besturen en organiseren. Daarom mocht ik ook een landelijke vergadering bijwonen,  waarin ik wat mocht vertellen, ik weet alleen niet meer waarover. Dat resulteerde in een kort dankwoord van de voorzitter. Hij vond het fijn om mij een stokje te overhandigen van pakweg 30 centimeter met bijbehorende beschrijving. Vervolgens legde hij uit dat het stokje een stuk van een appel boom was, genaamd notaris appel, een oud ras van overheerlijke appels. Over een jaar of vier zou ik al voor de eerste keer kunnen oogsten. In de beschrijving  staat dat een notaris uit Lunteren deze appel in 1890 heeft geteeld en verspreid. Heeft zo’n man niets anders te doen als notaris?  De appels zouden een forse omvang krijgen volgens de folder en een gezellige rode blos op zijn wangen.  Ik had er geen enkel vertrouwen in. Ik vond het een leuk dirigeerstokje en ik zou hem bijna in de open haard gegooid hebben als mijn echtgenote niet aangedrongen had om het stokje toch maar te planten in een hoekje van de  border. Toen ik het stokje na een jaar volkomen vergeten was vertelde Wies mij, dat er twijgen aan het stammetje waren gegroeid en enkele minuscule blaadjes. Zou het dan toch mogelijk zijn dat uit zo’n nietig stammetje een echte fruitboom groeit?  We verplaatste het takje wat meer naar de achter kant van de tuin naast de perenboom. Daar kwamen wel kleine pokdalige peertjes aan, maar die vielen er af,  voordat ze de kans kregen om rijp te worden .Het volgende seizoen groeide het boompje langzaam uit, maar we gaven er nauwelijks aandacht aan. Zo af en toe ontstond er in de jaren daarna,  een verwachtingsvol gevoel , dat er toch nog ooit een appeltje  aan zou groeien. Stiekem hoopte ik, dat mijn twijfel ongegrond was. Pas vier jaar later zag ik in juni 2011 de eerste vrucht aan de boom verschijnen. Eind augustus bleken er drie fikse appels geoogst te kunnen  worden, terwijl de peren nog steeds veel te vroeg als voedsel voor de vogels en insecten van de boom waren afgevallen. Ik kon het niet nalaten om elke tuin bezoeker met trots op de appelboom te wijzen. Afgelopen zomer was mijn euforie compleet. De boom was inmiddels ongeveer vier meter hoog en hij zat vol met prachtige grote appels, meer dan honderd. Een lust voor het oog. En de perenboom? Zeker meer dan driehonderd prima eetbare peertjes. Het moraal van dit verhaal. : Zelfs uit een dirigeerstokje kunnen mooie appels groeien.