Sinds de jaren tachtig ben ik bevriend met Rob uit Den Haag
en Ingrid, die nu in Assen woont. Het zijn ex-collegae van mijn werktijd in
Leidschendam bij de NBD, de Nederlandse Bibliotheek Dienst. Sinds 1990 treffen wij elkaar jaarlijks in augustus met partners om een
gezamenlijk weekend door te brengen. Bij
Rob en zijn vrouw Dorien waren we enkele weken na de diagnose op bezoek geweest omdat we
in Wassenaar met de caravan even wilden bijkomen van de schok. In de afgelopen
jaren waren ze uiteraard nauw betrokken bij het verloop van mijn ziekte. Toch
waren het meestal telefonische contacten. We zagen elkaar immers ieder jaar in
augustus. In december stuurden zij gewoontegetrouw een email of een kaartje
voor mijn verjaardag (10 december) en voor Kerstmis. Zo ook dit jaar!!
Op maandag 15
december zat ik om 'n uur of een rustig koffie te drinken toen er een blauwe
auto de oprit op kwam rijden. Verbaasd keek ik op. Ik nam aan dat iemand een
pakketje kwam afleveren. Wies liep naar de bijkeuken en ook ik ging maar eens
even poolshoogte nemen. Toen ik Rob en Dorien met Ingrid en Frans zag staan, stond ik enige
ogenblikken perplex. De eerste vraag was dan ook: wat doen jullie hier? Vervolgens ging ik er van uit, dat ze
toevallig in de buurt waren, maar toen ze dat op een overdreven manier beaamden,
begreep ik, dat het een dwaze gedachte was. Na een hartelijke begroeting legden ze uit, dat ze op mijn verjaardag
verhinderd waren en daarom vandaag mij kwamen feliciteren. Wies zat in het
complot, want ze had mijn afspraak
met de schrijfclub voor ‘s middags al stiekem afgezegd. De tweede verbazing volgde
onmiddellijk daarna. Ze dekten een feestelijke tafel voor ons zessen met
lunchgerechten die ze hadden mee gebracht.
Het zag er smakelijk uit, met diverse luxe broodjes, beleg en drankjes.
Ze hadden ook nog een cadeautje meegebracht,
maar omdat ik nog niet van de schrik bekomen was, had ik dat achteloos
terzijde gelegd. Toen Wies met haar gebruikelijke tact vroeg of ik dat niet open moest maken
voelde ik meteen, dat het niet zo attent van mij was om het cadeau te vergeten.
Deze derde verbazing bleek een zeer bijzonder fotoboek te zijn: "Before they pass away"
van Jimmy Nelson, dat niet alleen aan mij maar zeker ook aan Wies geschonken was. Nadat wij
de tentoonstelling in het Afrika Museum bezocht hadden stond het op ons verlanglijstje. Maar omdat het erg duur was hadden we voor mijn verjaardag om boekenbonnen
gevraagd. Dat had Wies dus ook aan Rob en Ingrid voorgesteld. Wij waren blij verrast.
We hebben heel gezellig tot laat in de middag met elkaar
gepraat en zelfs toen ze huiswaarts gekeerd waren, bleef ik stil in mijn stoel
verbaasd voor me uit staren, dankbaar met
deze vrienden.
Steef januari 2015
Geen opmerkingen:
Een reactie posten